Het EHRM heeft één keer een klacht tegen ‘the Netherlands’ ontvankelijk verklaard en tevens een schending aangenomen; dat was in de zaak Murray/ the Netherlands. Murray was verstandelijk gehandicapt en had een stoornis toen hij zijn delict pleegde. Hij zat zijn straf uit in een gewone gevangenis zonder dat er aandacht werd besteed aan zijn geestelijke ontwikkeling. Het EHRM herhaalt in deze uitspraak, van 26 april 2016, wat het in de zaak Vinter/Verenigd Koninkrijk heeft gezegd (zie vraag 28). Daaraan voegt het EHRM toe dat Murray gelet op de wijze van detentie vanaf het begin geen enkel uitzicht heeft gehad op invrijheidstelling, al met al 33 jaar. Het EHRM vindt dat Nederland zich actiever had moeten opstellen en had moeten onderzoeken of Murray door behandeling wellicht stappen vooruit had kunnen maken. Zie de website van het Forum voor een uitgebreidere uiteenzetting.