Naar aanleiding van de uitspraak van het EHRM in de zaak Murray tegen Nederland van 26 april 2016, is het beleid met betrekking tot de gedragskundige rapportages over levenslanggestraften aangepast.
De jurisprudentie uit het Murray arrest, leidt tot de verplichting gedurende de detentie te onderzoeken of er sprake is van een ziekelijke stoornis en/of gebrekkige ontwikkeling van het geestesvermogen in relatie tot het delict, waardoor het recidiverisico hoog blijft. Indien dit het geval is, moet, indien een behandeling mogelijk is, deze behandeling worden geboden. Concreet betekent dit dat er in ieder geval eenmalig bij iedere onherroepelijk veroordeelde levenslanggetrafte een psychologisch en psychiatrisch (multidisciplinair) onderzoek moet worden uitgevoerd. De hier bedoelde eerste meting wordt ‘Murray-toets’ of ook wel ‘nulmeting’ genoemd.
Vanwege de bestaande achterstand vindt in een groot aantal gevallen de nulmeting pas vele jaren na het onherroepelijk worden van de straf plaats, in sommige gevallen zelfs na tien, vijftien of twintig jaren. De beoordeling van de re-integratiemogelijkheden door het ACL volgt dan uiterlijk na 25 jaar. Deze nulmetingen na vele jaren detentie kunnen tot uiteenlopende uitkomsten leiden.
Indien uit het onderzoek blijkt dat sprake is van een duidelijk positieve ontwikkeling van de veroordeelde moet naar het oordeel van het Forum voorkomen worden dat die ontwikkeling wordt afgebroken. Dat kan gebeuren door de tot dan toe aangeboden hulp of begeleiding te staken, of door terugplaatsing naar ‘regulier’, vanuit de gedachte dat de eerder aangeboden bejegening ‘niet meer nodig’ zou zijn. De positieve ontwikkeling kan daarmee echter teniet worden gedaan. Dat druist in tegen de beginselen van een goede tenuitvoerlegging.
In deze brief leest u het standpunt van het Forum Levenslang omtrent de door de DJI te geven vervolg aan een positief uitgevallen ‘nulmeting’
I.M. de Kruijf, 25 oktober 2022