Op 19 januari 2017 heeft het Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing (CPT) rapport uitgebracht over zijn bezoek aan Nederland, dat plaatsvond van 2 tot 13 mei 2016. Een link naar het rapport vindt u hier. Het CPT gaat in zijn rapport onder meer in op
- de vereiste review procedure voor levenslanggestraften (nrs. 64, 65)
- de sluiting van Norgerhaven (nr. 66),
- de bejegening en behandeling in PPC’s (nr. 90)
- de behandeling op de terroristenafdeling, (nr. 50), en
- het toezicht op medische verzorging in de gevangenissen (63).
ad 1 De vereiste reviewprocedure:
Het CPT adviseert de regering op korte termijn de noodzakelijke wetgevende en administratieve maatregelen te nemen om levenslanggestraften een duidelijke rechtsgang te bieden voor de beoordeling van hun vrijlating, gebaseerd op objectieve criteria en na een vaste termijn:
‘to provide persons sentenced to life imprisonment with a clear avenue for consideration of release, based upon objective criteria, after a defined time period’ (nr. 65).
en de review vanaf het begin van de detentie te baseren op een geïndividualiseerd detentieplan, zoals bedoeld in Murray/Nederland, 26 april 2016:
‘This review should be based on individualised sentence-planning objectives defined at the outset of the sentence. The recent decision of the European Court of Human Rights in Murray v. the Netherlands takes a similar approach’ (nr 64).
ad 2 De sluiting van Norgerhaven
De regering zou het regiem voor de levenslanggestraften die uit Norgerhaven zijn overgebracht naar Heerhugowaard moeten verbeteren nu zij anders dan hen is toegezegd in Heerhugowaard geen ‘open-deur-regiem’ hebben gekregen:
During its visit to Zuyder Bos Prison, the delegation met persons who were transferred in June 2015 from a dedicated unit for long sentences and life sentenced prisoners in Norgerhaven Prison (following the closing of this establishment; see paragraph 31). In the latter establishment, they had benefited from an enhanced and open door regime. When transferred to the current establishment, they were promised that they would benefit from a similar regime which did not appear to be the case at the time of the visit. The regime offered to them was relatively ordinary, with no open door regime. The CPT invites the authorities to improve the situation in light of the above remarks’ (nr. 66).
ad 3. De bejegening en behandeling in PPC’s
Ten aanzien hiervan merkt het CPT op de gedetineerden in de PPC’s weliswaar vakkundig worden bejegend maar dat zij veel te lang op hun cel moeten verblijven. Het CPT acht een dergelijk regiem niet voldoende ‘therapeutisch’ en zeker geen vervanging voor een psychiatrisch ziekenhuis:
‘Material conditions in both PPCs were in all respects of a very high standard. As regards the regime, the CPT finds it positive that patients in both PPCs could participate in some work, sports, and education, and could associate with other patients in a spacious common room. That being said, in both PPCs visited, patients spent up to 17 hours a day locked in their individual rooms (and those held under an “individual regime” up to 22 hours), without any contact with staff or other patients. In this respect, the PPC regime falls seriously short of the standards of a psychiatric hospital and the CPT recommends that the regime and lock-up times be reviewed’ (90).
ad 4 De behandeling op de terroristenafdeling
Het CPT bekritiseert het feit dat gedetineerden op de terroristenafdeling van De Schie 22 uur per dag op hun cel verblijven, en daarnaast alleen een uur luchten en uur recreatie hebben. Tweemaal per week wordt hen een programma deradicalisering aangeboden. Het comité heeft daarbij kritiek op de automatische plaatsing op deze afdeling, dus op basis van het delict alleen, en het gebrek aan regelmatige controle van de noodzaak de gedetineerde op deze afdeling te plaatsen. Het CPT waarschuwt voor mogelijke contraproductieve werking van deze aanpak.
‘The Committee recommends, once again, the introduction of a comprehensive risk assessment process as the basis for placement in a “terrorist” unit and a regular review of the placement in which the person concerned is involved (notification, right to be heard). Further, the applicable regime should be improved by offering more out-of-cell time and activities’ (nr. 50).
ad 5 Het toezicht op medische verzorging in de gevangenissen
In verband met dit alles zijn de opmerkingen over het medisch toezicht van belang, die resulteren in de aanbeveling om de medische zorg onder te brengen bij het Ministerie van Volksgezondheid:
‘The CPT considers that a fundamental review of the health-care services in prisons should be made, notably by giving a more active role to doctors. Further, the presence of general practitioners in the three establishments visited should be doubled. … More generally, the CPT invites the Dutch authorities to consider the possibility of bringing prison health-care services under the Ministry of Health’ (nr 63).
W.F. van Hattum, 29 januari 2017