De rechter die de gratiebeslissing beoordeelt moet zich daarom afvragen of de strafrechter die de straf destijds heeft opgelegd, die straf ook zou hebben opgelegd als toén het gewijzigde gratiebeleid zou hebben gegolden. Nu niet blijkt dat de rechter zich dit heeft afgevraagd, adviseert de Procureur Generaal (PG) de zaak naar een ander hof te verwijzen. Zie hier de Conclusie van de PG van 10 juli 2020. De Hoge Raad zal naar verwachting in september uitspraak doen.
Zie hier voor een samenvatting van de procedure en van de conclusie en voor een commentaar op deze conclusie.
W.F. van Hattum, 11 augustus 2020