RSJ 15 april 2019 (S.) R-18/2295/GV
De minister moet binnen twee weken een nieuwe beslissing nemen toegespitst op het verlenen van verlof en tevens ‘verdere verloven opnemen in het resocialisatieplan’. Nu betrokkene 26 jaar in detentie verblijft en er geen contra-indicaties zijn, dient zijn belang bij verlof zwaarder te wegen dan dat van de slachtoffers en nabestaanden. Dit is de vijfde keer dat de Beroepscommissie van de Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming het beroep van betrokkene tegen de weigering van verlof gegrond verklaart. Zie hier het rechtspraakoverzicht inzake (de weigering van) resocialisatie c.q. re-integratie van levenslanggestraften (bijgewerkt tot 24 april 2019).