Naar aanleiding van de brief van de minister aan de Kamer over de gratieverlening aan Y., waarin de minister te kennen had gegeven dat hij er alles aan had gedaan om geen gratie te verlenen (zie het bericht van 20 januari 2021 op deze website) heeft de Nationale ombudsman de minister de mantel uitgeveegd:
“Ik trek daaruit (uit die brief, wvh) de conclusie dat u Y, nabestaanden van de slachtoffers en professioneel betrokkenen jarenlang een verkeerde voorstelling van zaken heeft gegeven. U schetste het beoordelingskader voor het gratieverzoek en verwees daarbij naar de jurisprudentie van het Europese hof terwijl – naar nu blijkt – dat niet leidend was omdat de uitkomst van de (her)beoordeling van het gratieverzoek telkens tevoren voor u al vaststond.”
Zie hier de brief van de Nationale ombudsman van 10 mei 2021.
De nationale ombudsman constateert dat de procedure waarin over eventuele verkorting van de levenslange gevangenisstraf wordt besloten, structurele tekortkomingen kent (zie over deze tekortkomingen ook ‘Het Woud der niet-ingeloste verwachtingen‘). De Nationale ombudsman vat de besluitvorming van de minister samen als ‘keer op keer niet transparant en voortvarend’. De Nationale ombudsman:
“Criteria die voortvloeien uit het verbod van onmenselijke bestraffing, hebben niet vooropgestaan, terwijl dat wel had gemoeten. Gevangenen moesten vele rechterlijke procedures voeren om onrechtmatige beslissingen van de minister te laten bijsturen. De gang van zaken is voor slachtoffers onnodig belastend geweest.”
De Nationale ombudsman roept de minister op om nu snel werk te maken van een procedure met de nodige waarborgen en daarbij verder te kijken dan het huidige wettelijke kader: de Gratiewet. Iets wat het Forum Levenslang van harte onderschrijft.
W.F. van Hattum, 18 mei 2021